Zoals vele sporten, heeft ook Taekwon-Do wedstrijden. Omdat Taekwon-Do uit meerdere onderdelen bestaat waar verschillenden vaardigheden voor moeten worden beheerst, zijn er dan ook verschillende wedstrijden. Men onderscheidt wedstrijden voor sparring, tuls en breektesten. Ook zijn er wedstrijden waar men met een team aan mee doet, om zo alle onderdelen te laten beoordelen en als team de eindstreep probeert te bereiken. Omdat Taekwon-Do door mensen van alle leeftijden kan worden uitgevoerd en niet iedereen dezelfde graduatie heeft, wordt hier ook rekening mee gehouden en wordt er onderscheidt gemaakt bij deelname aan wedstrijden.

Leeftijdscategorieën:

  • Jeugd tot en met 14 jaar
    (jongens / meisjes)
  • Junioren 15 jaar tot en met 17 jaar
    (jongens)
  • Senioren dames 15 jaar en ouder
  • Senioren heren 18 jaar en ouder

Graduatiecategorieën:

  • B-klasse 8e tot en met de 5e Kup
  • A-klasse 4e Kup tot en met de 1e dan
  • AA-klasse 2e dan en hoger

Sparrings – wedstrijden

Net als bij de trainingen wordt geoefend, is hier ook weer aan de orde dat men met de juiste geoorloofde technieken gecontroleerd punten probeert te scoren. Dit onderdeel wordt onderverdeeld in 3 verschillende klassen, die worden ingedeeld door het verschil in graduatie. Het voornaamste verschil tussen de klassen, is de manier waarop men spart.

Bij B-klasse is er een punt-stop-systeem, wat inhoudt dat wanneer er een punt wordt gezien door de matscheidsrechter of hoekscheidsrechter, de wedstrijd wordt gestopt en wordt nagegaan of de rest ook dat punt heeft gezien. Is er een meerderheid die het punt heeft gezien, dan wordt deze toegekend. Daarna wordt de wedstrijd weer hervat totdat de totale tijdsduur verstreken is.

Bij de A-klasse en de AA-klasse, telt iedere hoekscheidsrechter alle gescoorde punten bij elkaar op die hij / zij heeft gezien. Later wordt bekeken wie de meeste punten heeft gescoord.

Puntentelling
Voor een correct uitgevoerde geoorloofde techniek op een geoorloofd deel van het lichaam geldt:

1 punt wordt gegeven voor:

[list style=”arrow” color=”grey”]
  • Handtechniek midden of hoge sectie
  • Voettechniek midden sectie
  • Handtechniek gesprongen midden sectie
  • Perfect blok
[/list]

2 punten worden gegeven voor:

[list style=”arrow” color=”grey”]
  • Handtechniek gesprongen hoge sectie
  • Voettechniek hoge sectie
  • Voettechniek gesprongen midden sectie
[/list] 3 punten worden gegeven voor:
[list style=”arrow” color=”grey”]
  • Voettechniek gesprongen hoge sectie
  • Voettechniek gesprongen achterwaarts gedraaide (180o) trap midden sectie
  • Handtechniek gesprongen achterwaarts gedraaide (180o) hoge sectie
[/list] 4 punten worden gegeven voor:
[list style=”arrow” color=”grey”]
  • Voettechniek gesprongen achterwaarts gedraaide (180o) trap hoge sectie
  • Voettechniek gesprongen gedraaide (360o of meer) trap midden sectie
[/list] 5 punten worden gegeven voor:
[list style=”arrow” color=”grey”]
  • Voettechniek gesprongen gedraaide (360o) trap hoge sectie

[/list]

Wanneer tijdens de sprong 2 of 3 hand en voettechnieken (correct) worden uitgevoerd,
worden punten toegekend voor elke techniek.

Waarschuwingen
Waarschuwingen worden gegeven voor:

[list style=”arrow” color=”grey”]
  • Het aanvallen van een ongeoorloofd aanvalsdoel;
  • Het aanvallen met een ongeoorloofde techniek;
  • Het zich met beide voeten buiten het wedstrijdvlak begeven;
  • Balansverlies (het raken van de grond met een ander lichaamsdeel dan de voeten).
  • De tegenstander vasthouden of inklemmen;
  • Duwen met handen, schouder of lichaam;
  • Simuleren van pijn;
  • Het ontlopen van het gevecht;
  • Drie of meer opeenvolgende stoten;
  • Herhaaldelijk pretenderen gescoord te hebben door de arm omhoog te doen;
  • Toekeren van de rug;
  • Onnodig praten tijdens de wedstrijd;
  • Het niet opvolgen van de aanwijzingen van de matscheidsrechter;
  • Ongecontroleerde manier van strijden;
  • Tijdrekken.
[/list]

Iedere drie waarschuwingen resulteren in 1 punt aftrek. Bij verlenging vervallen alle waarschuwingen.

Minpunten (gele kaart)
Minpunten worden gegeven voor:

[list style=”arrow” color=”grey”]
  • Het raken van een ongeoorloofd aanvalsdoel
  • Het raken middels een ongeoorloofde techniek
  • Te hard contact
  • Het werpen van de tegenstander
  • Het aanvallen van een tegenstander op de grond
  • Aanval van een tegenstander voor het start- of na het stopcommando van de scheidsrechter
  • Het beledigen van de tegenstander, coaches en/of officials
[/list]

Onvoorzien
Indien zich gevallen voordoen, die niet nader omschreven zijn als waarschuwing of minpunt, is de hoofd- en/of matscheidsrechter gemachtigd naar de aard van het gepleegde feit een bestraffing toe te kennen.


Diskwalificatie (rode kaart)
Een deelnemer wordt gediskwalificeerd indien:

[list style=”arrow” color=”grey”]
  • Er spraken is van wangedrag tegen deelnemer, coach en/of officials
  • Deze handelingen verricht van een dermate ernstige aard dat het een gevaar oplevert voor de tegenstander en/of voor zichzelf
  • Tet moeten opgeven van de tegenstander door een handeling zoals hier boven omschreven bij minpunten, voor zover van toepassing
  • Deze zich herhaaldelijk onsportief gedraagt
  • Herhaaldelijk niet luisteren naar de matscheidsrechter
  • De deelnemer onder invloed is van drugs en/of alcohol
  • Drie gele kaarten aan dezelfde deelnemer zijn toegekend gedurende dezelfde partij
[/list]

Tuls – wedstrijden

Bij deze wedstrijdvorm gaat het zoals gebruikelijk bij een tul om het tot de juiste uiting van de oefeningen van de tul zo goed mogelijk te laten zien. Belangrijk bij dit onderdeel is de timing, de juistheid en snelheid van de opeenvolgende oefeningen. Per tweetal word een tul gelopen en wordt door meerdere scheidsrechters bekeken en beoordeeld. Aan het einde van de tul geeft men aan, wie van de twee men het beste vond. In de laatste en beslissende ronde, loopt men de tul alleen en krijgt men een cijfer. Degene met de hoogste score wint.

Breektest – wedstrijden

Het principe is simpel. Breek zoveel mogelijk planken op de juiste manier en je wint. Hierbij wordt onderscheidt gemaakt tussen arm- en voettechnieken. Als armtechniek wordt door middel van een vuist,handkantslag of elleboog,getracht de plank(en) door te krijgen. Bij het breken van de plank(en) met de voet, zijn er twee geliefde technieken: de achterwaartse trap (Dwit chagi) en de zijwaartse trap (Yop chagi),maar ook op topnivo worden de:Hoogte trap,verte sprong,gedraaide haaktrap op hoogte zeer veel getraind. Alle andere arm- en voettechnieken zijn ook toegestaan, maar worden (bijna) niet gebruikt op wedstrijden. In alle gevallen geldt dat bij een gelijk aantal planken dat gebroken is tussen medestanders, wordt over gegaan op dezelfde techniek, alleen dan met de andere ,minder getrainde kant van het lichaam. Dus als eerst met de rechter hand/voet de techniek is uitgevoerd, dan moet dezelfde techniek worden uitgevoerd met de linker hand/voet. Als ook dan de stand gelijk blijft, heeft degene met het laagste gewicht de wedstrijd gewonnen.